Overzicht
Het is de getrouwde vrouw zelden gegeven, haar man to observeren in zijn werk. Eigenlijk is dat fout. Tenslotte brengt de man het overgrote deel van zijn leven door op zijn kantoor, in zijn beroep. Als hij ’s morgens de deur uitgaat, wordt hij een ander. Hij wordt iemand, voor wie de jongens hun petje afnemen, de portier de deur openzwaait, de verpleegsters met de nachtrapporten klaar staan en de secretaressen met een stenobloc. Hij wordt ‘Mijnheer’, van wie niemand zich kan voorstellen, dat hij slaapt met een wijsvinger onder zijn kin, dat hij fluit in de badkamer en moppert als de jamlepel kleeft.
Access this chapter
Tax calculation will be finalised at checkout
Purchases are for personal use only
Rights and permissions
Copyright information
© 1984 Springer Science+Business Media Dordrecht
About this chapter
Cite this chapter
Hyams, P.J.E., Wekker, H.C. (1984). De man en zijn werk. In: Translation through grammar. Springer, Dordrecht. https://doi.org/10.1007/978-94-017-4697-7_9
Download citation
DOI: https://doi.org/10.1007/978-94-017-4697-7_9
Publisher Name: Springer, Dordrecht
Print ISBN: 978-90-247-8056-3
Online ISBN: 978-94-017-4697-7
eBook Packages: Springer Book Archive