Abstract
A survey of landscape ecological mapping and evaluation in the Netherlands is presented. This type of research started in 1968. It was at first mainly an initiative of private action groups of scientists, but has gradually become a governmentally sponsored and publicy accepted approach in the sphere of physical planning. Some information is given on the common features of landscape ecological survey and evaluation in the various projects carried out in the Netherlands. Ecotope and grid system-based studies are compared.
The main applications for physical planning and some perspectives for further developments are discussed. A scheme with information on nine major projects is presented as well as a reference list containing most of the Dutch reports and papers on the subject.
Access this chapter
Tax calculation will be finalised at checkout
Purchases are for personal use only
Preview
Unable to display preview. Download preview PDF.
Literatur
ADRIANI, M.J. & E. VAN DER MAAREL, (1968): Voorne in de branding. Oostvoorne.
ANONYMUS (1971): Stadsgewestelijke evaluatie van de alternatieve Waalbochtafsnijdingen. Oecologische evaluatie. Rapport, afd. Fysische Geografie en de afd. Geobotanie van de Katholieke Universiteit Nijmegen.
ANONYMUS (1971): De landinrichting van het gebied Volthe-De Lutte. Verkenning, analyse en modeilen. Studiegroep Volthe-De Lutte, Wageningen.
ANONYMUS (1972): De ruimtelijke ontwikkeling van het Stadsgewest Nijmegen tot 1985. Interimrapport, Nijmegen.
ANONYMUS (1972): De kleuren van Zuidwest-Nederland, visie op milieu en ruimte. Contact-commissie voor Natuur- en Landschapsbescherming. Amsterdam.
ANONYMUS (1972): Overijssel ′85. Een nota over de inrichting van de leefruimte van Overijssel in de periode tot 1985. Zwolle.
ANONYMUS (1973): Ecologie — Planologie. Een systeemtheoretische benadering. Rapport T.H. Delft, Afd. Bouwkunde.
ANONYMUS (1974): Orienteringsnota Ruimtelijke Ordening. Achtergronden, uitgangspunten en beleidsvoornemens van de regering. Den Haag.
BAKKER, J.P.& JOENJE (1973): De kwetsbaarheid van natuur en landschap als basis voor ruimtelijke ordening, toegepast op Noord-Drenthe. Natuur en Landschap 6: 155–168.
BOUMA, F. (1972): Evaluatie van natuurfunkties. Interimrapport, Instituut voor Milieuvraag-stukken. Amsterdam.
DAHMEN, F.W. & G. DAHMEN (1973): Eine ökologische Auswertekarte zur Bodenkarte 1: 50.000 für Zwecke der Landschaftspflege und Nutzungsplanung. Landschaftspflege am Niederhein, 63–69.
DIELISSEN, G.T.M., E.M. ERICH, A.M. SINNIGE & H.M.L. SPAUWEN (1971): Een geobota-nische inventarisatie en evaluatie van het streekplangebied IJsselvallei. Doctoraalverslag. Nijmegen.
DIERSCHKE, H. (1969): Die naturräumliche Gliederung der Verdener Geest. Forschungen zur deutschen Landeskunde, Bd. 177, 113 pp., Bad Godesberg.
DOING, H. (1962): Systematische Ordnung und floristische Zusammensetzung niederländischer Wald- und Gebüschgesellschaften. Dissertatie Wageningen. Amsterdam.
GLAVAC, V. (1972): Aufgaben und Methoden der Landschaftsökologie. Natur und Landschaft 47(7): 190–192.
HABER, W. (1971a): Künftige Nutzung agrarischer Problemgebiete aus der Sicht der Landschaftspflege. Vortrag auf der Sitzung des Beirates der Gesellschaft für Landeskultur. St. Enghmar.
HABER, W. (1971b): Möglichkeiten der Nutzung von Naturschutzgebieten. Schr.Reihe f. Landschaftspflege und Naturschutz 6: 243–254.
HAFFNER, W. (1968): Die Vegetationskarte als Ansatzpunkt zu Landschafts-ökologischen Untersuchungen. Erdkunde 22 (1/4): 215–225.
HAM, R.J.I.M. VAN DER (1974): Het landschapsbeeld in de ruimtelijke ordening. Stedebouw en Volkshuisvesting 55: 262–271.
HARMS, W.B. (1973): Oecologische natuurwaardering in het kader van de evaluatie van natuur-funkties. Rapport Inst. v. Milieuvraagstukken. Amsterdam.
JONGMAN, R., J. PELTZER, H. REIMERINK & J. WILTENBURG (1974): N.O. Twente, een geobotanische inventarisatie en evaluatie. Rapport Nijmegen.
KALKHOVEN, J.T.R., A.H.P. STUMPEL & S.E. STUMPEL-RIENKS (1973): Toelichting bij de voorlopige waarderingskaart van het natuurlijk milieu in Nederland. RIN-rapport, 15 pp. Leersum.
KALKHOVEN, J.T.R. (1974): Eine vorläufige Übersicht der potentiell-natürlichen Pflanzengesellschaften der Niederlande und der wichtigsten von denen abgeleiteten Vegetationskomplexe und Vegetationsreihen. Vortrag 18 Int. Symposium über “Landschaftsgliederung mit Hilfe der Vegetation”, Rinteln.
KOSTER, E.A. & A.A. DE VEER (1972): Een analyse van het landschap ten noorden van Amsterdam aan de hand van de topografische kaart. Stedebouw en Volkshuisvesting 53: 331–355.
KROMME RIJN PROJEKT, 1974. Het Kromme-Rijnlandschap, een ekologische visie. Stichting Natuur en Milieu, Amsterdam. 104 pp.
KUCHLER, A.W. (1973): Problems in classifying and mapping vegetation for ecological regio-nalization. Ecology 54 (3): 512–523.
LEEUWEN, C.G., VAN (1965): Het verband tussen natuurlijke en anthropogene landschapsvormen, bezien vanuit de betrekkingen in grensmilieu’s. Gorteria 2 (8): 93 – 105.
LEEUWEN, C.G., VAN (1966): A relation theoretical approach to pattern and process in vegetation. Wentia 15: 25–46.
LEEUWEN, C.G., VAN (1973): Ekologie. Kollegediktaat. TH. Delft.
LEEUWEN, C.G., VAN (1973): Oecologie en natuurtechniek. Natuur en Landschap 3: 57–67.
LONDO, G. (1972): Over de mate van vervangbaarheid van natuurlijke milieu’s. Contactblad voor Oecologen 8 (3/4): 68–70.
MAAREL, E. VAN DER (1970): De Ooijpolder. Een biologische waardering van natuur en landschap. Natuur en Landschap 24 (3): 201–223.
MAAREL, E. VAN DER (1970): Biologische evaluatie van natuur en landschap ten dienste van natuurbehoud en milieubeheer. In: Groeten uit Holland, Amsterdam.
MAAREL, E. VAN DER (1971a): Florastatistieken als bijdrage tot de evaluatie van natuurgebie-den. Gorteria 5 (7/10): 176–188.
MAAREL, E. VAN DER (1971b)’: Plant species diversity in relation to management. Paper 11th Symp. British Ecol. Soc, Norwich, 1970. Ed.: E. Duffey & A.S. Watt, Oxford.
MAAREL, E. VAN DER (1972a): On the ecological evaluation of nature and landscape. Vortrag Int. Symposium Gefährdete Vegetation. Rinteln.
MAAREL, E. VAN DER (1972b): De invloed van het zich ontwikkelende hoofdwegennet op natuur en landschap. Stedebouw en Volkshuisvesting 53: 3–18.
MAAREL, E. VAN DER (1974): Man-made natural ecosystems in environmental management and planning Proc.1st.Int.Congr. Ecology The Hague, Wageningen.
MAARLEVELD, G.C. & G.W. DE LANGE (1972): Een globale geomorfologische en landschap-pelijke kartering en waardering van de uiterwaarden van de Nederlandse grote rivieren. Landbouwk. Tijds. 84 (8): 273–288.
MACHARG, I.L. (1969): Design with Nature. New York Natural History Press, 198 pp.
MEESTER-BROERTJES, R. (1973): Inventarisatie Landschapsoecologisch Onderzoek. Werk-gemeenschap Landschapsoecologisch Onderzoek (W.L.O.). Studie- en informatiecentrum TNO voor het Onderzoek ten dienste van het Milieubeheer. Den Haag.
MENNEMA, J. (1973): Een vegetatiewaardering van het stroomdallandschap van het Merkske (N.Br.), gebaseerd op een floristische inventarisatie. Gorteria 6 (10/11): 157–179.
MIYAWAKI, A. (1972): Ecological studies of natural environment and his tolerate capacities. Biol. Inst. Yokohama Nat. Univ. 3: 44 pp.
MöRZER BRUYNS, M.F. (1965): Natuurbehoud als gemeenschapsbelang. Rede Wageningen. Veenman, Wageningen.
MöRZER BRUYNS, M.F. (1967a): Wat moeten wij verstaan onder natuurbehoud? Natuur en Landschap 21: 33–50.
MöRZER BRUYNS, M.F. (1967b): Value and significance of nature conservation. Nature and Man, pp. 37–47.
NEEF, E. & J. BIELER (1971): Zur Frage der landschaftsökologischen Übersichtskarte. Ein Beitrag zum Problem der Komplexkarte. Petermanns Geographische Mitt. 115: 73–77. Gotha/Leipzig.
OLSCHOWY, G. (1973): Landschaftsökologie und Landwirtschaft. Natur und Landschaft 48 (7/8): 201–204.
SCHMITHüSEN, J. (1963): Der wissenschaftliche Landschaftsbegriff. Mitt, . Flor.-soziol. Arbeitsgem. N.F., 10: 9–19.
SCHROEVERS, P. (1969): Biologische waardebepaling van binnenwateren in het noordelijk Deltagebied. Rin-rapport, Zeist.
SLOET VAN OLDRUITENBORGH, C.J.M. (1971): De bepaling van de “natuurwaarde” van natuurgebieden en natuurelementen in het cultuurlandschap. Contactblad voor Oecologen 7 (3): 73–76.
SOCAVA, V.B. (1972): Geographie und Ökologie. Petermanns Geogr. Mitt. 116: 89–98.
SOET, F. DE et al. (1974): De waarden van de uiterwaarden. Natuur en Landschap. 28: 245–282.
STUDIEGROEP VOLTHE- DE LUTTE (1971): De landinrichting van het gebied Volthe — De Lutte. Verkenning, analyse en modeilen. Wageningen.
STUMPEL, A.H.P. (1974): Kartierung landschaftsökologischer Einheiten mit Hilfe von Vegetationskomplexen, Vegetationsreihen und Ergebnissen von Bodenkartierungen. Vortrag. 18 Int. Symp. Landschaftsgliederung mit Hilfe der Vegetation., Rinteln.
STUMPEL-RIENKS, S.E. (1974): De botanische waardering van ecotopen als bijdrage tot een globale waardering van het natuurlijk milieu. Gorteria 7: 91–98.
SUKOPP, H. (1970): Charakteristik und Bewertung der Naturschutzgebiete in Berlin (West). Natur und Landschaft 45 (5): 133–139.
SUKOPP, H. (1971): Bewertung und Auswahl von Naturschutzgebieten. Schr.Reihe f.Landschaftspflege und Naturschutz 6: 183–194.
SUKOPP, H. (1972): Wandel von Flora und Vegetation in Mitteleuropa unter dem Einfluss des Menschen. Ber. Landwirtschaft 50: 112–139.
TJALLINGII, S.P. (1974): Het recht om krom te zijn; de toekomst van het Kromme Rijnge-bied. Natuur en Landschap 28 (1): 183–194.
TJALLINGII, S.P. 1974. Unity and diversity in landscape. Landscape Planning 1: 7–34.
TRAUTMANN, W. (1966): Erläuterungen zur Karte der potentiellen natürlichen Vegetation der Bundesrepublik Deutschland 1: 200.000. Blatt 85 Minden. Schriftenreihe für Vegetationskunde (Bad Godesberg) 1: 1 – 138.
TRAUTMANN, W. (1973): Vegetationskarte der Bundesrepublik Deutschland 1: 200.000 Potentielle natürliche Vegetation — Blatt Cc 5502 Köln. Schriftenreihe f. Vegetationskunde (Bad Godesberg) 6.
TROLL, C. (1968): Landschaftsökologie. In: Tüxen (ed): Pflanzensoziologie und Landschaftsökologie. Ber. Int. Symp. Stolzenau 1963: 1–21. Junk, Den Haag.
TROLL, C. (1972): Geoecology and the world-wide differentiation of high-mountain ecosystems. In: Geoecology of the highmountain regions of Eurasia, pp. 1 – 12. Erdwiss. Forschung (ed. C. Troll), Wiesbaden.
TüXEN, R. (1956): Die heutige potentielle natürliche Vegetation als Gegenstand der Vegeta-tionskartierung. Angewandte Pflanzensoziologie 13: 5–42.
VISSCHER, H.A. (1972): Het Nederlandse landschap; een typologie ten behoeve van het milieu-beheer. Utrecht.
WERF, S. VAN DER (1972): Effecten van recreatie op de vegetatie in natuurterreinen. Natuur en Landschap 26 (2): 210–220.
WERKGROEP G.R.A.N. (1973): Biologische kartering en evaluatie van de groene ruimte in het gebied van de stadsgewesten Arnhem en Nijmegen. Rapport afd. Geobotanie, K.U. Nijme-gen.
WERKGROEP G.R.I.M. (1974): Landschapsoecologische Basisstudie ten behoeve van het streekplan Midden-Gelderland. Rapport K.U. Nijmegen en P.P.D. Gelderland (in Druck).
WESTHOFF, V. (1952): De betekenis van natuurgebieden voor wetenschap en praktijk. Brochure Contactcie. Natuur- en Landschapsbescherming, Amsterdam, 36 pp.
WESTHOFF, V. (1968): Die ausgeräumte Landschaft. Biologische Verarmung und Bereicherung der Kulturlandschaften. In: Handbuch f. Landschaftspflege und Naturschutz, Band 2. München.
WESTHOFF, V. (1969): Oecologische criteria voor de evaluatie van natuurlijke en halfnatuur-lijke dementen in cultuurlandschappen in Nederland. Stencil Geobot. Lab., K.U. Nijmegen.
WESTHOFF, V. (1969): Die Reste der Naturlandschaft und ihr Pflege. In: Handbuch für Landschaftspflege und Naturschutz, Band 3: 251–265.
WESTHOFF, V. (1970a): Natuurbehoud en samenleving. Natuur en Landschap. 24: 185–200.
WESTHOFF, V. (1970b): New criteria for nature reserves. New Scientist pp. 108–113.
WESTHOFF, V. (1971): The dynamic structure of plant communities in relation to objectives of conservation. Paper 11th Symp. British Ecol. Soc, Norwich, 1970. Èd: Duffey & Watt, Oxford.
WESTHOFF, V., P.A. BAKKER, C.G. VAN LEEUWEN & E.E. VAN DER VOO(1970, 1971, 1973): Wilde Planten, Flora en vegetatie van onze natuurgebieden. Deel I, Deel Ii, Deel Iii. Amsterdam.
WOLFF-STRAUB, R. (1973): Pflanzenwelt. In: Dahmen, F.W. e.a. Landschafts- und Einrichtungplan Naturpark Schwalm-Nette. Köln.
ZEEUW, C. DE; H. LEEFLAND; C. VAN DER WAL & D. KESSLER (1972): Landschapseko-logiese patroon-proces-determinatie in de Vijfheerenlanden, T.H. Delft.
ZONNEVELD, I.S. (1972): Land evaluation and land(scape) science. ITC-Textbook of Photo-Interpr., Vol. VII. Enschede.
Author information
Authors and Affiliations
Rights and permissions
Copyright information
© 1975 Springer Science+Business Media Dordrecht
About this chapter
Cite this chapter
van der Maarel, E., Stumpel, A.H.P. (1975). Landschaftsökologische Kartierung und Bewertung in den Niederlanden. In: Verhandlungen der Gesellschaft für Ökologie Erlangen 1974. Springer, Dordrecht. https://doi.org/10.1007/978-94-017-4521-5_25
Download citation
DOI: https://doi.org/10.1007/978-94-017-4521-5_25
Publisher Name: Springer, Dordrecht
Print ISBN: 978-90-6193-180-5
Online ISBN: 978-94-017-4521-5
eBook Packages: Springer Book Archive