Abstract
The Union of Utrecht devoted three articles to the religious disputes and their consequences. Yet within nine days of its conclusion the drafters had to publish two addenda to this part of the text: an ‘explanation of the 13th article of the Union’, and an ‘amplification of the 15th article’. Thereafter, no further additions or changes were made to the text of the Union, although there was every reason for it. It is therefore significant that the only explanations and additions concerned the religious issue.
This article is a translation of ‘Unie en religie’, in: S. Groenveld and H.L.Ph. Leeuwenberg, ed., De Unie van Utrecht. Wording en werking van een verbond en van een verbondsacte, (Utrecht, 1979) 155–81.
Access this chapter
Tax calculation will be finalised at checkout
Purchases are for personal use only
Preview
Unable to display preview. Download preview PDF.
References
The evolution of the text is reproduced here according to: L.P. van de Spiegel, ed., Ontwerpen van de Unie van Utrecht (Goes, 1778);
J.A.G.C. Trosée, Historische Studien, s.l., 1924);
P.J. van Winter, “De ontwerpen van de Unie van Utrecht”, Bijdragen en Mededelingen van het Historisch Genootschap, 64 (Utrecht, 1943) 108–79.
The text of the treaty in: E.H. Kossmann and A.F. Mellink, ed., Texts concerning the Revolt of the Netherlands (Cambridge, 1974) 165–73.
Opstand en pacificatie in de Lage Landen (Ghent, 1976) 355; Kossmann and Mellink, Texts, 128.
For this positive evaluation of the Union see: G.A. de Meester, ‘Het dertiende artikel der Unie van Utrecht’, Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedene en Oudheidkunde, IX (Arnhem, 1854) 213–245;
P.L. Muller, De Unie van Utrecht (2nd ed., Utrecht, 1878);
Z.W. Sneller, Unie van Utrecht en Plakkaat van Verlatinge (Rotterdam, 1929);
Leo Delfos, Die Anfänge der Utrechter Union 1557–1587. Historische Studien 375 (Berlin, 1941);
H.A.E. van Gelder, Révolutionnaire Reformatie, Patria XXXI (Amsterdam, 1943);
H.A.E. van Gelder, Vrifheid en onvrijheid in de Republiek, I (Haarlem, 1947);
H.A.E. van Gelder, ‘De vrede van Gent’ in: Historische Opstellen, aangeboden aan J. Huizinga (Haarlem, 1948) 84–117;
H.A.E. van Gelder, Getemperde vrijheid (Groningen, 1972).
Opstand en pacificatie, 358. (The rendering of the twentieth article by M. Baelde and P. Van Peteghem in their contribution to this same collection as: ‘religious foundations with property outside Holland and Zeeland shall have their possessions returned to them as earlier’, is rather unclear. Cf. Kossmann and Mellink, Texts, 131.
For Orange in 1566 see: Van Gelder, Vrijheid en Onvrijheid, 121–2. For Orange in 1572 see: P. Bor, Oorsprongk, begin ende vervolgh der Nederlantscher oorlogen (Amsterdam, 1679–84; 37 books in 4 volumes) VI f.283;
G. Brandt, Historie der Reformatie, (4 vols.; 2nd ed.; Amsterdam, 1677) I, 532–3. Kossmann and Mellink, Texts, 101.
I.H. van Eeghen, ed., Dagboek van broeder Wouter Jacobsz. Werken Historisch Genootschap, 4th series nos. V, VI (Groningen, 1959) 249 note 5.
Bor, Oorsprongk, VIII, 88vo–99vo; Kossmann and Mellink, Texts, 125.
M. Ritter, ‘Der augsburger Religionsfriede 1555’, Historisches Taschenbuch, Sechste Folge, I (Leipzig, 1882) 213–64;
K. Brandi, ‘Passauer Vertrag und augsburger Religionsfriede’, Historische Zeitschrift, XCV (Neue Folge, LIX) (München, 1905) 206–64;
G. Pfeiffer, ‘Der augsburger Religionsfriede und die Reichsstädte’, Zeitschrift des historischen Vereins für Schwaben, LXI (Augsburg, 1955) 213–321;
H. Tüchle, ‘Der augsburger Religionsfriede’, ibidem, 323–40; H. Bornkamm, Das Jahrhundert der Reformation (2nd ed.; Göttingen, 1966) 242–53.
Bor, Oorsprongk, VIII, 119vo., IX, 140vo; C. Hooijer, Oude kerkordeningen (Zaltbommel, 1865) 114–5.
J.N. Bakhuizen van den Brink, ed., De Nederhndse Belijdenisgeschriften (2nd ed., Amsterdam, 1976) 140–1 (art. XXXVI of the Confessions de Foye).
J. Vienot, Histoire de la Réforme française des origines à l’Edit de Nantes, I (Paris, 1926);
J. Leclersj, Histoire de la tolérance au siècle de la réforme (2 vols., Paris, 1955), for the quote see II, 88;
G. Livet, Les guerres de religion (1559–1598). Que sais-je CXVI (3d ed.; Paris, 1970).
Opstand en pacificatie, 352–9; Kossmann and Mellink, Texts, 134.
Bor, Oorsprongk, X, 769–71; Hooijer, Oude kerkordeningen, 135; Kossmann and Mellink, Texts, 134.
Trosée, Historische Studiën, 302.
Brandt, Historie, I (book XI) 587–8.
Bor, Oorsprongk, X, 247 vo; Van Eeghen, Dagboek Wouter Jacobsz., II, 675.
Kossmann and Mellink, Texts, 145–8.
Delfos, Anfänge, 50–7.
Bor, Oorsprongk, XII, 37–40vo; Brandt, Historie, I (book XI) 603–6; Kossmann and Mellink, Texts, 155–7.
A.A. van Schelven, Uit den strijd der geesten (Amsterdam, 1944) 54;
C. Boer, Hofpredikers van prins Willem van Oranje. Kerkhistorische Studiën V (The Hague, 1952) 97.
See also D. Nauta and J.P. van Dooren, ed., De Nationale Synode van Dordrecht 1578 (Amsterdam, 1978). R.H. Bremmer’s detailed study establishes the link between the synod and the draft religious-peace (92–100), and shows that Villiers was present at the synod as the prince’s envoy.
E. van Meteren, Historien der Nederlanden (Amsterdam, 1647) VIII, fo. 141–2; Bor, Oorsprongk, XII, 40 vo. An extract from the religious peace is also given by Van Gelder, Vrijheid en onvrijheid, 123–4.
Van de Spiegel, Ontwerpen, 7; Trosée, Historische studiënt, 169–70; 179.
Trosée, Historische studiert, 183–6.
Van de Spiegel, Ontwerpen, 48–54; Van Winter, ‘Ontwerpen’, 177.
Trosée, Historische Studiën, 186–7.
Muller, Unie, 71–2; Trosée, Historische studiert, 188–9.
Trosée, Historische Studien, 306–10.
L.P. van de Spiegel, Bundel van onuitgegeven stukken, I (Goes, 1780) 190; Van Eeghen, Dagboek Wouter Jacobsz., II, 758.
J.A.G.C. Trosée, Het eerste tijdvak van het verraad van Graaf Willem van den Bergh. Werken uitgegeven door Gelre, XVIII (Arnhem, 1929) 115–6, 255–6.
Van de Spiegel, Bundel, II (1783) 41; F.U. Ros, Rennenberg en de Groningse Malcontenten (Assen, 1964) 140.
Bor, Oorsprongk, XIII, 138–44vo; Van Meteren, Historien, IX, 154vo-61; Brandt, Historie, I (book XII) 647–8; Trosée, Eerste tijdvak, xlvi–xlvii; Van Gelder, Vrijheid en onvrijheid, 122.
J.A.G.C. Trosée, Het verhaal van George van Lalaing (Bois-le-duc, 1894); Ros, Rennenberg.
P. Paulus, Verklaring der Unie van Utrecht (4 parts in 3 vols.; Utrecht, 1775–7) II, 236;
A. Ypeij and I.J. Dermout, Geschiedenis der Nederlandsche Hervormde Kerk, I (Breda, 1819) 255 and note 200; Hooijer, Oude kerkordeningen, 172–3; Müller, Unie, 112.
Paulus, Verklaring, I, 33; Muller, Unie, 134–8.
Paulus, Verklaring, II, 241 3; J.N. Bakhuizen van den Brink et al., ed., Documenta Reformatoria, (2 vols.; Kampen, 1960) I, 487.
J. Th. de Visser, Kerk en Staat (3 vols.; Leiden, 1926) II, 280–304.
Van Gelder, Vrijheid en onvrijheid, 176; P.J.H. Ubachs, Twee heren, twee confessies. De verhouding van Staat en Kerk te Maastricht, 1632–1673 (Assen/Amsterdam, 1975).
Jan and Annie Romein, De lage landen bij de zee (2nd ed.; Utrecht, 1940) 374.
De Visser, Kerk en Staat, 289.
Van Gelder, Getemperde vrijheid, 64. believes strongly that freedom of conscience was preserved.
C. Sepp, Johannes Stinstra en zijn tijd (2 vols.; Amsterdam, 1865–6), I, 222–4, II, 113, 124–5,134.
Paulus, Verklaring, II, 229–67, especially 231.
Article 167 of the constitution of 1848 stated: ‘All are completely free to profess their religious beliefs, provided that society and its members are protected against breaches of the criminal law.’ These quotations from the constitutions of 1815 and 1848 are taken from: W.J.C. van Hasselt, Verzameling van Nederlandse staatsregelingen en grondwetten (15th ed.; Alphen aan denRijn, 1964).
Editor information
Rights and permissions
Copyright information
© 1981 Uitgeverij Martinus Nijhoff, Lange Voorhout 9, Den Haag
About this chapter
Cite this chapter
De Jong, O.J. (1981). Union and Religion. In: Kossmann, E.H., et al. The Low Countries History Yearbook. Springer, Dordrecht. https://doi.org/10.1007/978-94-009-7699-3_2
Download citation
DOI: https://doi.org/10.1007/978-94-009-7699-3_2
Publisher Name: Springer, Dordrecht
Print ISBN: 978-94-009-7701-3
Online ISBN: 978-94-009-7699-3
eBook Packages: Springer Book Archive