Abstract
Normaal gesproken zeggen we aan- en uitkleden. Het kind leert echter eerst om kleren uit te doen en pas daarna om ze weer aan te trekken. Dit laatste is ook veel moeilijker. We hebben het in dit hoofdstuk meestal alleen over aankleden, omdat dat in onze taal het meest gebruikte woord is, maar we bedoelen daarmee dus het hele proces van het kleren aan- en uittrekken. Een kind leert niet van de ene op de andere dag om zich aan te kleden. Het begint eigenlijk al met ‘leren’ in de eerste maanden na de geboorte en is pas helemaal zelfstandig rond de zevende verjaardag. Het eerste begin is het ‘meegeven’ bij het aankleden. Dit zal met 1 jaar overgaan in ‘meewerken’. Een arm wordt in de mouw en een voet wordt in de sok gestoken. Het kind kent de verschillende kledingstukken en weet dat de sok aan de voet en het hemd over het hoofd moet. Als vader en moeder bij het aankleden vertellen wat ze aan het doen zijn, leert het kind ook de namen van de kledingstukken en de lichaamsdelen kennen.
This is a preview of subscription content, log in via an institution.
Buying options
Tax calculation will be finalised at checkout
Purchases are for personal use only
Learn about institutional subscriptionsRights and permissions
Copyright information
© 2001 Bohn Stafleu Van Loghum, Houten
About this chapter
Cite this chapter
Rengenhart, E., Spiekhout, J. (2001). Aan- en uitkleden. In: Als je kind het zelf niet kan. Bohn Stafleu van Loghum, Houten. https://doi.org/10.1007/978-90-313-9512-5_13
Download citation
DOI: https://doi.org/10.1007/978-90-313-9512-5_13
Publisher Name: Bohn Stafleu van Loghum, Houten
Print ISBN: 978-90-313-3421-6
Online ISBN: 978-90-313-9512-5
eBook Packages: Dutch language eBook collection