Abstract
Net als de zintuiglijke ontwikkeling begint de motorische ontwikkeling al voor de geboorte. Ook in de baarmoeder beweegt een ongeboren kind, en niet zomaar in het wilde weg. Er zijn opeenvolgende, systematische bewegingspatronen. Van vloeiend en wormachtig op de leeftijd van zes weken tot het afzonderlijk kunnen bewegen van bijvoorbeeld handjes, hoofd en voetjes op de leeftijd van 21 weken. Maar de motorische ontwikkeling tot steeds betere lichaamsbeheersing die een kind in de eerste twee jaar ná de geboorte doormaakt, is wel heel spectaculair. Beginnend als een in elkaar gedoken liggend wezen, kunnen kinderen na twee jaar in principe gaan en staan waar zij willen. Hun verstandelijke en sociale ontwikkeling houden hiermee geen gelijke tred. Niet dat de lichamelijke en verstandelijke ontwikkeling zich los van elkaar voltrekken. Er is wel degelijk interactie. Baby’s die in de box liggen te spelen met boven zich hangend een babygym, zullen daarnaar reiken en misschien extra hun best doen omhoog te komen om er beter bij te kunnen. Dat ‘geboeid zijn’ door wat zij zien en hun nieuwsgierigheid - beide ‘geestelijk’ van aard - stimuleren lichamelijke oefening. Omgekeerd kan een kind, als het eenmaal kan lopen, veel meer van de wereld zien dan toen het alleen nog maar kruipend vooruitkwam. Dat komt de verstandelijke en sociale ontwikkeling ten goede. Zo hebben lichamelijke en verstandelijke ontwikkeling met elkaar te maken.
This is a preview of subscription content, log in via an institution.
Preview
Unable to display preview. Download preview PDF.
LITERATUUR
Tamis-LeMonda, Catherine S. e.a. (2008). When infants take mothers’ advice: 18-months-olds integrate perceptual and social information to guide motor action. Developmental Psychology, 44, 734–746.
Adolph, K.E. (1997). Learning in the development of infant locomotion. Monographs of the Society for Research in Child Development, 251, 62, 3.
Rönnqvist, L. & Hopkins, B. (1998). Head position preference in the human newborn: a new look. Child Development, 69, 1, 13–23.
Thelen, E. (1995). Motor development: a new synthesis. American Psychologist, 50, 79–95.
Goldfield, E.C. (1989). Transition from rocking to crawling: Postural constraints in infant movement. Developmental Psychology, 25, 913–919.
Adolph, K.E. e.a. (1998). Learning to crawl. Child Development, 69, 5, 1299–1312.
Touchette, Evelyne e.a. (2005). Bed-wetting and Its Association With Developmental Milestones in Early Childhood. Archives of Pediatrics & Adolescent Medicine, 159, december.
Gesell, A. (1954). Maturation and the patterning of behavior. In: L. Carmichael (Red.), Manual of Child Psychology. New York: Wiley.
Lockman, J.F. (2000). A perception-action perspective on tool use development. Child Development, 71, 1,137–144.
Diamond, A. (2000). Close interrelation of motor development and cognitive development and of the cerebellum and prefrontal cortex. Child Development, 71, 1, 44–56.
Ware, E.A. e.a. (2006). Young children make scale errors when playing with dolls. Developmental Science, 9, januari.
Dellen, T. van (1986). Response processing and movement organization in clumsy children: An experimental approach. Meppel: Krips Repro.
Rights and permissions
Copyright information
© 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij, Houten
About this chapter
Cite this chapter
Kohnstamm, R. (2009). LICHAAMSBEHEERSING. In: Kleine ontwikkelingspsychologie I. Bohn Stafleu van Loghum, Houten. https://doi.org/10.1007/978-90-313-7686-5_4
Download citation
DOI: https://doi.org/10.1007/978-90-313-7686-5_4
Publisher Name: Bohn Stafleu van Loghum, Houten
Print ISBN: 978-90-313-6160-1
Online ISBN: 978-90-313-7686-5
eBook Packages: Dutch language eBook collection