Samenvatting
De pols, het distale gewricht van de bovenste extremiteit, kan de hand, als uitvoerend segment, in de meest optimale positie brengen om te grijpen. Het polsgewricht heeft twee graden vrijheid van bewegen. Samen met de pronatie en supinatie, die een derde vrijheidsgraad vormen, kan de hand dan ook ten opzichte van de onderarm in elk vlak in de ruimte worden geplaatst.
Rights and permissions
Copyright information
© 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij
About this chapter
Cite this chapter
Kapandji, I. (2009). 4 De pols. In: Bewegingsleer. Bohn Stafleu van Loghum, Houten. https://doi.org/10.1007/978-90-313-7295-9_4
Download citation
DOI: https://doi.org/10.1007/978-90-313-7295-9_4
Publisher Name: Bohn Stafleu van Loghum, Houten
Print ISBN: 978-90-313-6169-4
Online ISBN: 978-90-313-7295-9