In de woonkamer is het manoeuvreren tussen de vitrinekastjes en poppen die op alle mogelijke plekken zijn neergezet. Tussen tafel en bloemetjesbank ligt een vrouw van een jaar of veertig met een teddybeer in haar armen geklemd. Zij heeft de ogen stijf dicht en praat, nee smeekt, een ritmisch pleidooi. “Hou me alsjeblieft moeder. Laat me niet weggaan, ik ben goed voor u. Ik ben zo lief. Laat me niet alleen.” Keer op keer herhaalt ze deze zinnen, ook als ik gehurkt probeer contact te maken, terwijl de psychiater instructies geeft: “Probeer haar weer in het heden te krijgen, benoem de zintuigen, vertel wie je bent.” De dalende najaarszon schijnt op haar gezicht, de vloerbedekking is zacht, ze is thuis, een verpleegkundige, twee dokters, en ook haar zuster, het is vandaag donderdag…Ze blijft in haar regressie, tot wanhoop van haar zus, die huilend probeert uit te leggen wat er aan de hand is. In hun jeugd zijn ze afgestaan omdat moeder niet voor hen kon zorgen. Alcoholisme. Nooit spraken zij erover, de jaren in de verschillende opvanghuizen waren immers voorbij en ze waren volwassen genoeg om te leven als ieder ander. Dan wijst ze naar een opengeslagen krant op de eettafel. Vanuit mijn ooghoek zie ik de zwarte kaders op de pagina.
Access this chapter
Tax calculation will be finalised at checkout
Purchases are for personal use only
Editor information
Copyright information
© 2008 Bohn Stafleu van Loghum
About this chapter
Cite this chapter
Kooiman, L. (2008). Inkleuren. In: Meer dan duizend dagen. Bohn Stafleu van Loghum, Houten. https://doi.org/10.1007/978-90-313-6633-0_15
Download citation
DOI: https://doi.org/10.1007/978-90-313-6633-0_15
Publisher Name: Bohn Stafleu van Loghum, Houten
Print ISBN: 978-90-313-5310-1
Online ISBN: 978-90-313-6633-0
eBook Packages: Dutch language eBook collection