Samenvatting
Ervaren artsen maken overwegend gebruik van een snelle manier van klinisch redeneren, die je ‘patroonherkenning’ kunt noemen, terwijl onervaren artsen standaard gebruikmaken van een trage manier van expliciet, analytisch redeneren om een diagnose als werkhypothese te selecteren en daarop het verdere beleid af te stemmen. In de medische opleiding wordt dan ook vooral gewerkt met het analytische klinisch redeneermodel, dat het diagnostisch proces opdeelt in drie momenten: van aanmeldingsklacht tot diagnostisch landschap, van diagnostisch landschap naar diagnose en van diagnose naar hulpaanbod. Zo ontstaat een handige taal of een begrippenapparaat dat we kunnen gebruiken om ons diagnostisch denkproces helder te beschrijven: diagnostisch landschap met centrale aandachtspunt, binnen- en buitencirkel, de waarschijnlijkheidsschaal met voorafkans, kracht van argumenten als aantoners en uitsluiters, achterafkans en de actiedrempel.
Geraadpleegde literatuur
Van Puymbroeck H, et al. Klinische logica (deel 1) van aanmeldingsklacht tot diagnostisch landschap. Huisarts Nu. 2004;33(3):123–8.
Van Puymbroeck H, et al. Klinische logica (deel 2) van diagnostisch landschap tot diagnose. Huisarts Nu. 2004;33(4):201–14.
Van Puymbroeck H, et al. Klinische logica (deel 3) van diagnose naar beslissing tot hulpaanbod. Huisarts Nu. 2004;33(5):246–55.
Author information
Authors and Affiliations
Corresponding author
Additional information
Deze tekst is gebaseerd op de lessenreeks ‘medische besliskunde’ van de Universiteit Antwerpen UA die tot stand is gekomen in samenwerking met prof. dr. Paul Van Royen, prof. dr. Samuel Coenen en dr. Luc Debaene.
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Van Peer, W., Coenen, S. Klinisch redeneren of het diagnostisch proces in het onderwijs. Bijblijven 34, 44–53 (2018). https://doi.org/10.1007/s12414-018-0290-x
Published:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/s12414-018-0290-x