Skip to main content
Log in

Arbodienst en ziekteverzuimbegeleiding

  • Artikelen
  • Published:
Tijdschrift voor Gezondheidsrecht

Samenvatting

Sinds het begin van dit jaar komen de kosten van ziekteverzuim gedurende de eerste zes weken (voor kleinere bedrijven twee weken) ten laste van de werkgever; deze is tevens verantwoordelijk geworden voor verzuimbegeleiding, inclusief (althans gedurende de eerste periode) beoordeling en controle van verzuim. Dat is het gevolg van invoering per 1 januari 1994 van de wet Terugdringing Ziekteverzuim (TZ)

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Institutional subscriptions

Notes

  1. Stb. 1993, 750.

  2. Stb. 1993, 757.

  3. EG richtlijn 12 juni 1989, Pb EG 1989, L 183.

  4. J.K.M. Gevers, juridische aspecten van de bedrijfsgezondheidszorg, TvGR 1989, 130–139.

  5. Deze ook bij de parlementaire behandeling gebezigde term is nu zelfs in het Staatsblad doorgedrongen.

  6. Zie het besluit tot invoering van de wetswijziging Arbowet, Stb. 1993, 758.

  7. Stb. 1994, 781.

  8. Voor de arbeids– en bedrijfsgeneeskunde is dit het register van sociaal–geneeskundigen, tak arbeids– en bedrijfsgeneeskundigen, dan wel tak verzekeringsgeneeskundigen van de Sociaal–Geneeskundige Registratiecommissie van de K.N.M.G., aldus art. 1 van de (ministeriële) Regeling deskundigheidseisen arbodiensten, Stcrt. 1993, 252. Opmerkelijk is dat, vooruitlopend op het samengaan van beide opleidingen, ook in de verzekeringsgeneeskunde opgeleide artsen in dit kader als bedrijfsarts worden beschouwd.

  9. Aldus de Nota van Toelichting bij het Besluit arbodiensten, Stb. 1994, 781, p. 11.

  10. Zie o.a. J.J.A. Kooijman, Wet terugdringing ziekteverzuim jaagt werkgevers op kosten, Sociaal Recht 1993, 252–258, en M.M. Olbers, Arbeidsrechtelijke aspecten van de Wet terugdringing ziekteverzuim, idem, 258–262.

  11. In de eerder genoemde overgangsperiode van twee resp. vier jaar zal de verzuimcontrole nog wel uitgevoerd worden door de bedrijfsvereniging, zij het op kosten van de werkgever, tenzij deze zich terzake reeds heeft verzekerd van bijstand van een arbodienst.

  12. Tweede Kamer 1992–1993, 22898, nr. 6, p. 14.

  13. Zie hierover uitvoerig: B j. van Ettekoven, Rechtsbescherming na invoering van de Wet terugdringing ziekteverzuim, Soc. Maandblad Arbeid 1993, p. 693–706.

  14. Ned. Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde en Ned. Vereniging voor Arbeids– en Bedrijfsgeneeskunde, Een arts voor arbeid en gezondheid, Amsterdam 1993, p. 22 en p. 41.

  15. H.A. van den Haak, De toekomstige positie van arts en cliënt bij ziekteverzuim, in: Rechtspositie van de cliënt in de sociale geneeskunde, PAOSG, Amsterdam 1993, 30–31. Dat vragen rond de medewerkingsplicht terzake van behandeling geenszins denkbeeldig zijn en zich niet tot ‘extreme situaties’ behoeven te beperken, moge blijken uit het streven van werkgevers behandelingsfaciliteiten te reserveren (bijv. in ziekenhuizen) zodat zieke werknemers zonder onnodig uitstel geholpen kunnen worden.

  16. Als dat laatste het geval is, dan zou volgens Olbers de door de werkgever op te leggen verplichting tenminste een contractuele grondslag moeten hebben. M.M. Olbers, Arbeidsrechtelijke leemten in het voorstel van Wet TZ, Sociaal Recht 1993, 28–32.

  17. Voor het eerste zie: J.C.J. Dute, De medewerkingsplicht bij geneeskundig handelen in het sociale zekerheidsrecht, TvGR 1988, 342–355; voor het tweede: HJ.J. Leenen, Handboek gezondheidsrecht; rechten van mensen in de gezondheidszorg, Samsom 1988, 192–193.

  18. Zie o.a. J.C.J. Dute, o.c., p. 354.

  19. Eerste Kamer, 1993–1994, 21561, nr. 286.

  20. Zie hierover: J.K.M. Gevers, De vertrouwelijkheid van medische gegevens in de arbeidsorganisatie, Soc. Maandblad Arbeid, 1984, 663–671.

  21. Ned. Vereniging voor Arbeids– en Bedrijfsgeneeskunde, Beroepscode voor bedrijfsartsen (1989), punt 1.5.

  22. Gepubliceerd in Med. Contact 1994, 96–102; de code is bedoeld als richtlijn voor behandelend artsen en sociaal–geneeskundigen met betrekking tot gebruik en verstrekking van sociaal–medische gegevens.

  23. De werknemer zal wel moeten zijn ingelicht over de aard van het onderzoek, en over zijn rechten ten aanzien van het onderzoek en de daaruit voortkomende bevindingen.

  24. J.K.M. Gevers, De rechter en het medisch handelen, Kluwer 1991, 156–157.

  25. Volgens art. 25 lid 8 Arbowet wordt ‘de uitslag van dergelijk onderzoek ter beschikking gesteld van (o.a.) de werkgever, ‘voorzover de uitslag verband houdt met de Arbeidsomstandighedenwet en met uitsluiting van gegevens van persoonlijke aard inzake de belanghebbende die het onderzoek heeft ondergaan.

  26. B. Sluyters, Goed beslissen of veel geheim houden, TvGR 1993, 2–14.

  27. Tweede Kamer 1992–1993, 23259, nr. 2, art. 8 lid 3.

  28. Tweede Kamer 1992–1993, 21561, nr. 15.

  29. Zoals art. 98 Beroepswet of art. 73 Ambtenarenwet in vergelijkbare situaties.

  30. Voor kritiek op soortgelijke bepalingen in de OSV, zie A.J.M. van Wezel, H.C. Frankena, F. de Graaf, Persoonlijke levenssfeer en sociale verzekeringen, Commissie Onderzoek Sociale Zekerheid, Rapport nr. 33, 1991, 52; zie voorts: P.E. Rodenburg, Knelpunten in de juridische positie van de sociaal–geneeskundige bij de claimbeoording en de aanstellingskeuring, Maastricht 1993, 16–19. De KNMG–code brengt een vrij strikte beperking aan in de in dit kader door de arbodienst te verstrekken gegevens (bv. geen ziektediagnose); merkwaardig is wel, dat vervolgens als basis voor verstrekking van die gegevens de veronderstelde toestemming van de werknemer wordt aangevoerd: hier is immers sprake van een wettelijke verplichting.

  31. Voor een beschrijving van de achtergronden, zie P.C. Buijs, De wetsvoorstellen TZ/Arbo en hun betekenis voor sociaal–geneeskundigen, T. Soc. Gezondheidszorg, 1994, 47–50.

  32. In gelijke zin — voor wat betreft de gegevensverstrekking — N. Croon en J.van Dongen, Geheimhouding en gegevensverstrekking sv–organen, T.v.Bedrijfs– en Verzekeringsgeneeskunde, 1993, 99.

  33. Men denke bijvoorbeeld aan twee, in de nieuwe Arbowet verplicht gestelde bedrijfsgezondheidstaken die ten aanzien van de werknemer geheel op basis van vrijwilligheid en vertrouwelijkheid plaatsvinden: het bedrijfsgezondheidkundig spreekuur (art. 18 lid 1) en het periodiek geneeskundig onderzoek (art. 24a).

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Additional information

Hoogleraar gezondheidsrecht, Universiteit van Amsterdam.

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Gevers, J.K.M. Arbodienst en ziekteverzuimbegeleiding. TGVR 18, 88 (1994). https://doi.org/10.1007/BF03055674

Download citation

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF03055674

Navigation